Stad

Hoogeveen is een stad.

Dat werd al vaker verteld, vooral door het gemeentebestuur, dat al in de jaren ’60 met de publicatie ‘Stad in stijgwind’ de toekomst van de plaats aan probeerde te geven. Niet alleen bleken nogal wat verwachtingen een luchtbel, ook de term ‘stad’ kunnen we vanuit historisch perspectief niet bij Hoogeveen plaatsen. Al heeft een plaats een stedelijk karakter gekregen, daarmee wordt het nog geen stad, net zo min als een kippig persoon nog geen kip is. Toch hebben de koppen van een lokale krant het ooit uitgebreid naar voren gebracht. Hoogeveen was een stad. Dat was inmiddels bewezen door een gemeentesecretaris uit Noord-Holland, die studie had gemaakt van stadsrechten in heel Nederland. 

Kortom: een gemeentehuis in plaats van een stadhuis 

De teksten werden overgenomen, doorverteld, de lokale radiozenders pikten het op….. en niemand nam contact op met de gemeentesecretaris. Wat bleek nu? Hoogeveen was bij het toekennen en erkennen van de laatste serie stadsrechten, in de eerste heft van de 19e eeuw, op een aparte lijst gezet, vanwege de Heerlijke rechten die er ooit gegolden hadden. Dat was het recht van de Heer van Echten om de lagere rechtspraak te doen. Hoogeveen had dus geen stadsrechten, had ze toen ook niet gekregen, en met die lijst was nooit meer wat gedaan. Toen het onderzoek in de publiciteit kwam, werd er een snel geschreven persbericht gemaakt, dat door een ander weer werd samengevat, en uiteindelijk werd de kop nu net datgene wat volstrekt onjuist was.

©Albert Metselaar

Kortom een gemeentehuis in plaats van een stadhuis