Huizen
De naam ‘De Huizen’ herinnert aan de herenhuizen en zet zich af tegen de hutten er omheen.
In onze beeldvorming van het oude Hoogeveen hebben we in de diverse publicaties verschillende streken voor ogen gekregen. Daarbij spiegelde zich een verschil af tussen ‘de Huizen’ en ‘de velden’. Het is al langer bekend dat dit geen verschil tussen arm en rijk was. Inderdaad stonden in ‘de Huizen’ de woningen van de grootste veeneigenaren van het gebied en andere gegoeden uit de streek.
Maar in de stegen tussen de huizen werd grote armoe gevonden. Tal van gezinnen leefden in een woning van slechts een kamer groot, zonder stukje landbouwgrond en zonder vee. In de velden hadden de meeste arbeiders wel wat om op te verbouwen, of was er wel plek voor een of twee koeien. Uitzonderingen daargelaten. In de velden woonden misschien niet de grootste verveners, maar ook daar werden gegoede schippers en grondeigenaren gevonden. Een van de misverstanden die hardnekkig is blijven bestaan, is dat de naam van de streek ‘de Huizen’ afgeleid zou zijn van de herenhuizen, de woningen van de gegoede bovenlaag.
Dit blijkt niet zo te zijn. Al in 1633 is er sprake van de huizen, en in 1641 blijkt overduidelijk dat die rij huizen de arbeiderswoningen van de meiers van de verschillende compagnieën waren. Het begrip ‘huizen’ stond niet voor ‘herenhuis’, in tegenstelling tot ‘arbeiderswoning’, maar was bedoeld om verschil te maken tussen de arbeiderswoningen en de keten van de seizoenarbeiders. Dat het begrip ‘de Huizen’ is blijven bestaan heeft waarschijnlijk wel alles te maken met het verschil tussen herenhuizen en arbeiderswoningen. De naam werd namelijk in de loop der jaren anders begrepen dan zoals ze is ontstaan, en kon daardoor gehandhaafd blijven.
©Albert Metselaar