Ten Arlo
Bij de bevrijding van Kamp Ten Arlo vermoorden de Duitsers drie mensen uit Zuidwolde.
Bij de bevrijding van Kamp Ten Arlo vermoordden de Duitsers drie mensen uit Zuidwolde.
De verhalen van die moorden worden verschillend verteld. Het ging in ieder geval om Hylle de Vries, Jan Schrotenboer en Klaas van der Haar. De Duitsers fusilleerden hen of bliezen hen op met handgranaten, zegt men. Zo kregen we drie gesneuvelden erbij, met een fleem van heldenmoed en verzet er omheen. Nu wil het geval dat er nog een vierde was, die alles overleefde. Nu wil het geval ook nog een keer dat die vierde, de overlevende, heel wat anders vertelt. Maar niemand lijkt zijn verhaal te willen horen. Keer op keer komt een oud onjuist verhaal in kranten en boeken. Als de vierde man dan belt, praat, wordt zijn verhaal aangehoord, maar niet verwerkt. Tot grote ergernis van die ene overlevende, die het gevoel heeft dat geen mens meer geïnteresseerd lijkt in de waarheid, alleen in romantiek.
Bij de bevrijding van het Luftwaffe-kamp Ten Arlo waren er vier gevangenen. De Duitsers lieten hen vrij. Ze konden gaan. De laatste Duitsers bliezen het kamp op, staken alles in de brand, opdat er geen bruikbare spullen in handen van de bevrijders zouden vallen. Uit angst om te komen, vluchtte het viertal in een bunker. De springploeg wilde de bunker opblazen, en gooide handgranaten in een luchtkoker. Alle vier overleefden ze dit. De granaatscherven smoorden in schotten, waartussen landbouwproducten opgestapeld hadden gelegen. Drie van de vier gingen naar buiten. Een vierde bleef achter, bang dat er wat zou gebeuren als hij naar buiten zou komen. Deze persoon is gestikt in de kruitdamp en de rook van de brand in het kamp.
Slechts één persoon wist de weg in het kamp, ook al was er door de dikke rook niets te zien. Hij ging op zijn gevoel af en wist naar buiten te komen. Hij vroeg de andere twee met hem mee te komen. Ze raakten elkaar kwijt in de rook en de andere twee kwamen om toen ze in het vuur liepen, of bedwelmd raakten door de rook, omdat ze te lang dwaalden tussen de brandende barakken. Drie doden. Niet één gedood door de Duitsers. Wel indirect natuurlijk, door de brand, maar dat is wat heel anders dan fusilleren. En het was zeker geen moord.
©Albert Metselaar